Behandeling met antistollingsmiddelen
Als uw antistollingsbehandeling is gestart, wordt u regelmatig geprikt om de INR-uitslag van uw bloed te bepalen. Deze waarde geeft de tijd weer die uw bloed nodig heeft om te stollen. Voor bloedafname op een Starlet-locatie moet u altijd een afspraak maken. Voor thuisafname hoeft dit niet. Het is ook mogelijk om te leren zelfmeten.
Goed om te weten
- uw Trombosepas
- een actueel medicatieoverzicht (vooral belangrijk als iets is veranderd of na een ziekenhuisopname)
- de controlestrook van uw doseerkalender
Bloedafname vindt meestal plaats met een vingerprik. Soms is het nodig om het via de arm te doen. Voor de bloedafname hoeft u niet nuchter te zijn.
Hoeveel antistolling u moet innemen, hangt af van de INR-uitslag van uw bloed. Deze stollingstijd bepalen we na elke bloedafname en kan sterk wisselen. Daarom controleren we uw bloed regelmatig. In het begin van de behandeling is dit één tot drie keer per week. Afhankelijk van de uitslag wordt dit minder vaak, tot maximaal één keer in de zes weken.
Bij een vingerprik analyseert de Starlet-medewerker direct uw bloed. Dit gebeurt met een mini-lab, de CoaguChek. Dit apparaat bepaalt de INR-waarde, de maat voor de stollingstijd van uw bloed. Bij een bloedafname uit uw arm stellen medewerkers in het laboratorium van Starlet de INR-waarde vast. Intussen verwerken de medewerkers van de trombosedienst eventuele bijzonderheden in uw elektronisch patiëntendossier.
De artsen en doseeradviseurs van de trombosedienst beoordelen uw INR-waarde. Ook kijken ze naar eventuele bijzonderheden. Aan de hand hiervan bepalen zij uw dosering acenocoumarol of fenprocoumon voor de komende tijd.
Wij sturen de uitslag per post naar u toe, op de dag van de bloedafname. U ontvangt uw nieuwe doseerkalender dus de eerstvolgende dag dat de post wordt bezorgd. Hierop staat uw INR-waarde, de dosering voor de komende tijd en de nieuwe prikdatum.
Moet uw dosering meteen aangepast worden op de dag van de bloedafname? Dan bellen we u hierover. Daarom willen we graag dat u op de dag van de bloedafname telefonisch bereikbaar bent, in elk geval tussen 14.00 - 16.30 uur.
Wilt u uw doseerkaart online inzien? Dat kan. Meldt u zich dan aan voor het digitaal logboek.
Uw behandeling kan variëren van zes weken tot levenslang. Dit hangt af van de aandoening die u heeft. Als u mag stoppen met de acenocoumarol, marcoumar, fenprocoumon of warfarine, dan hoort u dat van uw behandelend arts. Wij hebben daarvan een schriftelijke verklaring nodig.
Goed dat u het vraagt. Bij elke ingreep waarbij bloed vloeit, moet u de trombosedienst zo snel mogelijk informeren. Ook bijvoorbeeld bij het trekken van een kies. We moeten dan namelijk eerst bepalen of uw antistolling tijdelijk moet worden onderbroken. Meld dit dus zodra u het weet!